Blind date
Ik laat zo nu en dan een boek van mijzelf achter in een openbare ruimte. Dat kan een wachtkamer zijn (van een huid, tand- of dierenarts), een treincoupé, een café, een terras. Het is niet toevallig dat er in dit rijtje geen restaurants staan: doordat ik de geuren die vrijkomen als er een onderdeel van een dier gekookt of gebraden wordt niet verdraag, zal je niet snel een boek van mij in een eethuis of bistrot vinden – tenzij het daar door iemand anders is neergelegd.
Zoals die keer dat een boek dat ik verstopt had in een tas op de tassenafdeling van de V&D luttele uren later opdook in een restaurant waar ik nog niet dood gevonden wil worden, de naam zeg ik niet, voor je het weet doe je mensen ideëen aan de hand. Iemand van wie ik alleen weet dat ze vrouw en single was, liep dat restaurant binnen, ging zitten en vond in de tas die ze zojuist bij de V&D gekocht had een exemplaar van Een beschaafde jongeman.
Mét handtekening van de schrijver, én een persoonlijke opdracht:
Een geschenk voor een onbekende is het eerlijkst van alle geschenken, omdat je niet weet wie de gelukkige is. Het is u gegund!
‘Dankzij uw boek is mijn avond niet helemaal mislukt,’ schreef de gelukkige me de volgende dag (op Facebook had ze mijn e-mailadres gevonden).
Ik vroeg wat mijn boek aangericht had en ze antwoordde: ‘Ik had een blind date in restaurant ***, maar die kwam niet opdagen. Toen ging ik op ontdekkingstocht door mijn nieuwe tas en vond uw boek. Eigenlijk was uw boek mijn blind date.’
Het ergste wat een schrijver kan overkomen is dat zijn werk genegeerd wordt. Dat overkwam me in de metro, jaren geleden. Een heer die naast me in een tijdschrift zat te bladeren liet heel even zijn ogen rusten op een artikel dat ik geschreven had. (meer…)